âWe moeten het project stoppenâ, zei één van de deelnemers aan een simulatie terwijl ze uit haar rol stapte en me aankeek. âStoppenââ vroeg ik? âJullie manager zei toch net âjaâ toen jullie haar vroegen of je door kon gaan met het project?â Ze kreeg bijval van de andere deelnemers aan de simulatie: âWe moeten stoppen, dat gaf ze duidelijk aan.â